Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zeggende tot de priesters, die in het huis des HEEREN der heirscharen waren, en [7]tot de profeten, zeggende: Moet ik [8]wenen [9]in de vijfde maand, [10]mij afzonderende, gelijk als ik gedaan heb nu zo vele jaren? 7. Te weten, Haggai, Zacharia en Maleachi. 8. Dat is, treuren, droevig zijn en vasten. De zin is: Is men verbonden dien vastendag met wenen en treuren te onderhouden, [nu de tempel bijna herbouwd is] die voortijds is ingesteld ter gedachtenis van de verwoesting van den tempel? Zie 2 Kon.25:9, en Jer.52:13. 9. Ten dele met Juli overeenkomende. In deze maand zijn tempel en stad verwoest geworden; 2 Kon.25:9, en Jer.52:12. 10. Dat is, mij onthoudende, te weten van eten en drinken en andere verkwikkingen van het lichaam en mijne ziel kwellende. Zie Joel 2:15, enz.